4. Stof genoeg
4.1.Werken en voetballen
We bevinden ons nu regelmatig op Gods Glory nursery and primary school. Daar is men bezig met het graven van de “bore hole. Verder worden er drie klaslokalen afgebouwd. En de voorbereidingen voor het project My Book Buddy zijn in gang gezet.
We kunnen deze dagen mee rijden met de aannemer. Wanneer we aankomen bij Gods Glory nemen we altijd eerst een kijkje bij de “bore hole”. Er is al water gevonden. Het gat is ongelooflijk diep, maar met behulp van de telelens van onze camera ontdekken we in de verre diepte water. De aannemer gaat vandaag beginnen met een stenen laag op te metselen. We krijgen steeds meer bewondering voor deze vaklui.
Vandaag ook wil de aannemer ijzeren dakplaten aanbrengen op de drie lokalen. Daar steken we een stokje voor.
Eerst moeten alle houten balken “geverfd” worden met een soort carboleum om te voorkomen dat insecten t.z.t. het hout op vreten. De carboleum wordt met een doek aangebracht en af en toe met de blote handen Een ongezond karwei, gevaarlijk voor de gezondheid. Maar hier is het wat niet weet, wat niet deert.
De aannemer vertelt dat de volgende dag het hoogste punt bereikt wordt en geeft daarbij aan dat het een Oegandese gewoonte is dat dan op kip wordt getrakteerd. Wij vertellen over het Hollandse pannenbier. Kip krijgt toch de voorkeur. We gaan er in mee. Uiteraard verwacht men dat wij de kosten voor onze rekening nemen.
’s Middags verzamelen de leerkrachten zich in de “main hall”. Zij delen de boeken van My Book Buddy in naar niveau, voorzien de boeken van stempels en leggen registratielijsten aan.
Opvallend daarbij is dat tegelijkertijd de verschillende klassen zonder leerkracht zitten.
Wanneer een leerling van een klas komt klagen dat de kinderen teveel praten, ziet Leo zijn kans schoon. Hij gaat mee. En dan mag hij ouderwets weer even in de rol van leerkracht schieten. Leerlingen worden uitgenodigd te vertellen over hun “daily life” en hun “dreams”. Uiteraard ontbreekt het lied “papegaaitje leef je nog” niet. Daar kan men niet genoeg van krijgen.
Bij het slotwoord “Poef”, uiteraard met bijbehorend gebaar, gaat iedereen bijna uit zijn dak. Reden voor Leo om afscheid van de klas te nemen omdat andere klassen teveel gestoord worden. Vervolgens gaat hij naar de volgende klas om daar de boel op stelten te zetten.
Aan het eind van de middag zijn de “bore hole” werkers uitgeteld.
We rijden weer mee met de aannemer, terug naar Mukono.. In de auto zitten verder zijn broer en zijn neef. Sem , de aannemer en zijn broer zijn grote voetballiefhebbers en supporters van Arsenal. Maar als voetballiefhebbers kennen ze ook alle grote Nederlandse voetballers. Van Persie, Robben, van der Vaart Schneyder, moeiteloos worden alle namen opgesomd met bij behorende clubs.
Daarna komen de Nederlandse topclubs aan de beurt, Ajax, Feyenoord en PSV.
Tot onze verbazing blijft het daar niet bij. Elkaar aanvullend komen de volgende namen voorbij: Nac Breda, AZ Alkmaar, Groningen. Het werkt op onze lachspieren. Blijkbaar geeft dat inspiratie. Want na de eredivisie worden ook clubs uit de lagere regionen genoemd zoals Top Oss en Almere City.
Sem spant tenslotte de kroon. Hij weet precies hoe de laatste wedstrijd van Ajax is verlopen. Ajax heeft gewonnen. Hij weet de stand aan te geven en hij noemt in welke minuten de doelpunten zijn gevallen. We staan perplex.
4.2. Water halen om stof te bestrijden
Aan het eind van de middag zien we kinderen van P2 met jerrycans in hun handen naar de uitgang lopen. Die gaan water halen. Dat is duidelijk. Dat willen we nog een keer meemaken.
De leerkracht en de kinderen nemen een andere weg dan vorig jaar. Het blijkt dat de bron van vorig jaar bijna geen water meer geeft. Men is nu aangewezen op een andere bron. Die blijkt een flink stuk verder weg te zijn. Het is een aardig eind lopen. Voor de heenweg met lege jerrycans is dat probleem niet al te groot. Terug, met volle jerrycans, zal dat anders zijn.
Op een gegeven moment verlaten we de weg en dan zien we even verderop een steile heuvel voor ons liggen. Aan het gekrioel van kinderen beneden te zien ligt daar de bron.
Het pad is steil en stoffig. Nu al zijn we bang weg te glijden. Na een regenbui moet dit pad onbegaanbaar en levensgevaarlijk zijn. Maar ook dan wordt er water gehaald. Men kan niet zonder.
Het is nu helemaal een zegen dat er een waterpomp komt op het terrein van Gods Glory. Tot onze verbazing blijken de kinderen dat niet te weten. Wat de mensen aan het doen zijn op het schoolterrein roept kennelijk geen vragen op. En de leerkracht heeft, tot onze verbazing, nog niets verteld. Wanneer we enkele kinderen vertellen dat dit water sjouwen straks voorbij is, zie je ze glunderen, een enkeling maakt half een juichgebaar.
Bij de bron is het dringen geblazen.
Iedereen wil zo snel mogelijk zijn jerrycan gevuld hebben. Enkele grotere meiden van een naburige school wagen zich niet in het gedrang en staan geduldig aan de kant te wachten. Er gaat nogal wat tijd in zitten om alle jerrycans van een grote klas kinderen te vullen.
Met twee gevulde jerrycans staat iedereen direct voor een krachtproef.
De steile heuvel moet beklommen worden.
Dat lukt velen niet in een keer. Daarna wacht de weg terug naar school. Deze is nu beduidend langer. Kinderen lassen vele pauzes in.
In de brandende zon twee volle jerrycans water dragen is niet niks.
Waar is al het water voor nodig? De leerkracht geeft uitsluitsel. Terug op school, zal het water over de lemen grond van de klassenruimte (van een klaslokaal is geen sprake) gesproeid worden.
Gebeurt dat niet, dan is het de volgende dag te stoffig in de klas om les te geven.
4.3. Geiten, bokken en duivelse machten
In en rond Seeta Nazigo beheert het Lejofonds twee geiten projecten waaraan een veertigtal families deelnemen. In het oudste project hebben geselecteerde families een geit gekregen. Een van de voorwaarden is dat het eerstgeboren geitje of bokje terug gaat naar het project.
Na een evaluatie in 2012 is een tweede project opgestart. De voorwaarden om deel te nemen zijn aangescherpt. In dit project worden aan families twee geiten en een bok gegeven. Op die manier is er sneller een opbrengst te verkrijgen, te besteden aan het betalen van schoolgeld voor de kinderen.
Het hele jaar door zijn lijsten bijgehouden betreffende het aantal geiten, de geboorte en dood van geiten en bokken, welke families welke beesten hebben en hoe zij presteren binnen het project en wie welke maandelijkse bijeenkomsten heeft bijgewoond.
Bij de terugkeer van Leo en Herma Annyas in Oeganda voor het Lejofonds is het tijd voor een nieuwe evaluatie.
Besloten wordt om met het eerste geitenproject te stoppen. Alle families hebben inmiddels een geit of bok terug gegeven. Alle beesten zijn nu hun eigendom. Zij gaan zelfstandig verder. De best presterende families krijgen een uitnodiging deel te nemen aan het tweede geitenproject. Niet iedereen gaat daar op in. De scherpere voorwaarden schrikken bijvoorbeeld een familie af.
Bij het tweede project zetten we een paar families buitenspel omdat zij zich niet aan de spelregels houden en bijvoorbeeld zonder toestemming een geit verkopen of slachten. Ook komt het voor dat families een chronische achterstand hebben wat betreft het betalen van vaccinaties aan de veearts. Als dat na een ultimatum nog het geval is, staan zij ook buitenspel.
Maar voordat beslissingen definitief worden, bezoeken we in twee dagen alle families.
In een aantal gevallen is er duidelijk vooruitgang te zien.
Dat kan in verschillende dingen zitten. Zo bezoeken we een familie, waar het rondom een het huis vroeger een bende is geweest terwijl het er nu keurig uitziet. Bij een aantal families is het aantal geiten flink toegenomen.
Verbeteringen aan het huis worden waargenomen.
Een familie vraagt toestemming alle geiten te mogen verkopen. Ze hebben ook nog een paar varkens en willen nu alles inruilen voor een koe.
Een moeder van dertien kinderen staat alleen voor de opvoeding. Manlief schittert vaak door afwezigheid vanwege drankmisbruik. Zij heeft een betalingsachterstand niet weten weg te werken doordat het schoolgeld een te grote aanslag op het schamele inkomen pleegt. De betreffende persoon is erg goed in staat de voordelen van Solar Cooking overtuigend naar voren te brengen. We huren haar in voor het geven van een workshop waardoor het financiële probleem opgelost is.
Uiteindelijk komen we bij een vrouw die zelf aangegeven heeft uit het project te willen. De reden zijn divers. Eerst is er sprake van hartklachten. Nu schijnt er een vos rond te lopen die een bedreiging vormt voor de geiten.
Aanvankelijk treffen we niemand thuis. Maar dan zien we haar in de verte aankomen. Van de goedlachse vrouw die we kennen is niets meer over. We zien een zeer bedrukt gezicht. Het huilen staat nader dan het lachen. Dat eerste gebeurt dan ook. Er zijn grote problemen. Manlief heeft haar het huis uitgezet. We proberen contact met hem op te nemen. Tevergeefs.
Er zijn meer problemen.
Moeder is met een dochtertje van bijna drie jaar. Het kind heeft al een jaar last van maandelijkse bloedingen. De bloedingen worden steeds sterker. Voor de omgeving is het duidelijk. Het kind is bezeten van duivelse machten. Tot onze grote verbazing geeft onze coördinator aan dat in een dergelijk geval slechts een ding rest: Naar de kerk gaan en bidden.
We zien een andere oplossing: Naar het ziekenhuis! We roepen weer de hulp in van onze vriend Ismael. Moeder kan direct terecht. We geven moeder geld zodat vervoer naar Mukono geen probleem is.
’s Avonds bezoeken we het ziekenhuis. Ismael vertelt dat het kind aan malaria lijdt. Inwendig is er niets stuk. Hij heeft moeder op het hart gedrukt bij een volgende bloeding direct terug te komen zodat verder onderzoek naar de oorzaak mogelijk wordt.