Reisverslag 1

In dit eerste reisverslag doen we allereerst verslag van ons bezoek aan Slyvia.
Slyvia heeft vier jaar lang tot volle tevredenheid leiding gegeven aan de werkers in de houtskoolfabriek van het Lejofonds. Inmiddels is ze vertrokken. Als oud-kleuterleidster ligt haar hart toch meer bij het onderwijs.

Daarna bezoeken we de houtskoolfabriek van het Lejofonds. Een geweldig weerzien met de werknemers. We doen uitgebreid verslag.

1. Slyvia

We kennen Slyvia al jaren. Eerst als hoofd van de kleuterafdeling van de Gods Glory nursery and primary school, een school die destijds de nodige ondersteuning van het Lejofonds kreeg.

Door het niet betalen van salarissen vertrekt Slyvia uiteindelijk.

We hebben haar benaderd om de leiding op zich te nemen in de houtskoolfabriek van het Lejofonds. Dat heeft ze vier jaar lang met veel plezier gedaan. En op uitstekende wijze!

Maar het bloed kruipt…………… Slyvia komt onverwacht met de mededeling dat ze vertrekt. Reden? Samen met een vriendin wilde ze een school starten. En dat is gelukt.

Op onze eerste dag, samen met coördinator Daniel Kibago, brengen we een bezoek aan de school van Slyvia. 

Het is regenseizoen. Het heeft de afgelopen dagen flink geregend. Niet alle wegen zijn begaanbaar. Via een omweg bereiken we Seeta Nazigo waar de school gelegen is. 

We komen bij een huis, geschilderd in vrolijke kleuren. Kinderen in kleurrijke uniformen lopen er rond.  Er volgt een hartelijke begroeting, gevolgd door een “rondje school”.
De vertrekken waar lesgegeven wordt, zijn klein. Maar alles ziet er keurig uit. Uiteindelijk worden alle kinderen samengebracht voor een officiële begroeting. We nemen afscheid in de toezegging volgende week terug te komen. Het Lejofonds beschikt nog over materialen die de school goed kan gebruiken.

We gaan naar de houtskoolfabriek. Het is weer glibberen over de wegen.

2. Terug op de “factory”

Vanwege Covid en ebola zijn we de laatste vier jaar niet meer naar Oeganda geweest. We kijken dan ook uit​ naar een ontmoeting met de werkers in de houtskoolfabriek.

Herman en Ria, onze Belgische vrienden, die eerder dit jaar de houtskoolfabriek hebben bezocht, hebben aangegeven dat de werkers in de fabriek graag een foto van ons willen hebben.

We hebben nu voor ieder een fotoboekje gemaakt.

We komen bij de fabriek aan als het productieproces in volle gang is. We begroeten de werkers. De werkers begroeten ons. Het is een blij weerzien. Onze dove vriend James straalt als we hem vragen of alles goed gaat met zijn twee kinderen. James heeft eerder, dankzij het Lejofonds, een opleiding tot timmerman kunnen volgen. Sinds James in de “factory” werkt beperkt hij de timmerwerkzaamheden tot het weekend.

James is belangrijk voor het project GCL (Green Charcoal Lejofonds). Hij bedient de briquette machine en is daar erg bedreven in. De machine maakt flink veel lawaai. Maar daar heeft James geen last van. De machines vragen om regelmatig onderhoud en reparatie. James heeft inmiddels geleerd onderhoud en de meeste reparaties zelf te kunnen uitvoeren.

We mogen daarvan getuige zijn als even later de machine stilvalt en James aan de slag moet. We doen een “rondje”, te beginnen bij de “stands”. Hier liggen de briketten te drogen. Daarna gaan we naar binnen. We bekijken het magazijn. Met Daniel bespreken we de mogelijkheid de houtskool in grotere zakken te stoppen om kosten te drukken. We bekijken de voorraad in de verschillende kasten en bewonderen de nieuwe weegschaal. Als James ziet dat we onze telefoon gebruiken voor het maken van foto’s en video’s probeert hij ons duidelijk te maken dat hij eigenlijk ook dringend een telefoon nodig heeft. Nu hebben we toevallig een paar telefoons meegenomen die nog in ons appartemt liggen. We geven een hint. Het is duidelijk dat James zeer zal uitkijken naar ons volgend bezoek.

Het is pauzetijd. Tijd om de werkers een drankje aan te bieden en ook de fotoboekjes. De fotoboekjes worden bestudeerd. Men is er erg blij mee. Na de pauze willen we met iedere werker een persoonlijk gesprek om hun ervaringen te horen en mogelijk te vernemen wat beter georganiseerd kan worden in de “factory”.

Hoe gaan we het gesprek aan met onze dove vriend James. De oplossing is voor ons onverwachts: Rose, één van de werkneemsters beheerst de gebarentaal. Opmerkelijk. Ze heeft alleen de lagere school als opleiding. Ze heeft de taal haar zelf geleerd. Een natuurtalent. Dan ziet met tekenen van een naderende onweersbui. En dat betekent de houtskool op de “stands” toedekken met plastic.

Even later barst het onweer los en zit er niets anders op dan naar binnen te gaan. Het is het regenseizoen. We mogen het even ervaren. “Heavy rain affects the production”. Een dergelijk zinnetje uit een rapport van Daniel Kibago krijgt zo nog meer betekenis.

En de gevolgen van een dergelijke hoosbui merken we ook als we terug naar huis gaan. Daniel Kibago heeft moeite de auto op de inmiddels bijna onbegaanbare weg te houden. Bij terugkomst in Mukono is het duidelijk dat Daniel de auto ’s avonds nog een wasbeurt moet geven.

Geef een reaktie