3. Dromen, bouwen, bouwen aan

De bouw op de Kisimbizi staat niet stil, integendeel. Daarnaast bouwen we ook verder aan de school.

In het project Goat to Goat heeft men nieuwe dromen.

Dromen zijn al bewaarheid geworden voor een aantal jongens uit de “community” rond de Kisimbizi school.

De kinderen van primary 7 van de Aunt Kevin school kunnen straks wegdromen als ze de nieuwe leesboeken verslinden.

We maken dit alles duidelijk in de volgende hoofdstukken:


3.1. Daar droom je van!

De Kisimbizi nursery and primary school is een plattelandsschool. De school ligt, in goed Nederlands gezegd, “in th middle of nowhere”. Wanneer we directeur Spencer vragen of de de omgeving ook voetbalclubs kent, begint hij dadelijk over de “community” en dat er jongens zijn die dolgraag voetballen.

Op de vraag of deze jongens ook een uniform dragen, antwoordt Spencer ontkennend. Daar is men veel te arm voor. Een uniform is een onbetaalbare luxe hier. Daar kan men alleen maar van dromen.

We geven aan dat we een aantal uniformen bij ons hebben, die we graag willen uitdelen aan de enthousiaste voetbaljongeren uit de “community”.

Spencer straalt en zegt toe een ontmoeting met de jongeren te regelen. Coördinator Daniel Kibago ziet dit tevens als een goede promotie voor de Kisimbizi school.

Op de afgesproken dag en tijd zien we de verschillende jongens komen aanlopen. Ze blijven afwachtend staan en het lijkt alsof ze zeggen willen: “Kom maar op!” Leo wil even checken of we hier ook met voetbalkenners te maken hebben en vraagt of ze de naam van een beroemde voetbalclub kennen. “Manchester United”, roept een van de jongens direct.

Of men ook een beroemde Nederlandse profvoetballer kent? Het antwoord laat wat langer op zich wachten. Maar dan horen we: ”van Persie!”. Als we de naam van een wereldberoemde voetballer vragen, komt de naam Ronaldo uit de bus. We vertellen vervolgens dat we uniformen bij ons hebben en wat de herkomst is.

Het is tijd om de uniformen uit te delen. Er stapt iemand naar voren. Dit is de teammanager, zo maakt men ons duidelijk. Herma overhandigt de teammanager een uniform en noemt daarbij het nummer wat op het shirt staat. De teammanager kijkt wie belangstelling voor het betreffende nummer heeft en overhandigt dan het uniform. Het gaat allemaal heel gedisciplineerd. Elk uniform wordt met een zeker ontzag ontvangen. Men kijkt ernaar en het lijkt of het besef nog moet komen dat men nu over een eigen uniform beschikt. Zijn de uniformen eenmaal uitgedeeld dan is duideijk dat men ze direct wil dragen. De voetbalshirts gaan over de gewone kleren heen. Met de voetbalbroekjes ligt dat iets moeilijker. Eigenlijk moet de lange broek uit, maar ja…….. Een enkeling is daar nog niet aan toe. Die is nog vreugdesprongen aan het maken. Het doet je denken aan een koe die in het voorjaar voor het eerst weer de wei in gaat. De drang om een volledig uniform te dragen is groot genoeg om de (valse) schaamte te overwinnen. We brengen de jongens nog even weer bij elkaar. Er is nog een zak met “restmaterialen zoals o.a. een traniningsjas, een paar voetbalschoenen, sokken, enz. Daar is veel belangstelling voor. Er ontstaat bijna zoiets als gedrang.

We overhandigen de spulletjes aan de teammanager. Die kan in al zijn wijsheid het beste beslissen naar wie de materialen naar toe gaan. Daar is men het wel mee eens. Blijft natuurlijk de vraag wat je nu aan voetballers hebt, met of zonder uniform, als er geen bal is. En er is geen bal. Leo vraagt een ogenblikje geduld en snelt naar de auto. Hij komt terug met een cadeautje van het Lejofonds, een bal, die hem bijna uit zijn handen wordt gegrist. De teammanager valt hem spontaan om de hals om te bedanken voor de bal. En dan gaat het los! Voetballen! Na afloop komt men weer bij elkaar. Zeer voldaan. Ook een handstand moet dat duidelijk maken. Ook directeur Spencer kan zijn blijdschap niet op. Hij roept de boys op voor een teamfoto. Met armgebaren willen de jongen hun grote dankbaarheid uiten richting de gulle gevers in Holland. Tenslotte wil iedereen nog even met Herma op de foto. Mevrouw Hanny Schut en de heer Poortman uit Zevenaar hebben zich sterk gemaakt dat S.C Westervoort uit Westervoort de uniformen beschikbaar heeft gesteld aan het Lejofonds, nu voor het derde jaar op rij.

De uniformen zijn zeer goed terechtgekomen. We hopen dat duidelijk gemaakt te hebben met dit verslag.

Met grote dank aan Hanny Schut, Wim Poortman en S.C. Westervoort.

3.2. Naast de geit en de bok ziet men nu ook de paddenstoel staan

We maken de maandelijkse vergadering van het project Goat to Goat mee. De vergadering wordt gewoonlijk in de openlucht gehouden op een binnenplaats tegenover de Aunt Kevin nursery and primary school.

Om ons heen staan verschillende huisjes van leerkrachten van Aunt Kevin. Een van de gebouwtjes doet dit jaar dienst als “boarding” voor kinderen van Aunt Kevin.

De vergadering begint om vier uur ’s middags. Dan zijn we op Aunt Kevin nog in gesprek met verschillende leerkrachten.

En deputy-headmaster Suzanne staat erop dat Herma haar jongste dochter krijgt te zien. Suzanne is kort na ons vertrek vorig jaar maart bevallen van een dochter en heeft haar de namen Christine Herma gegeven.

Men is al onderweg om Christine Herma te halen. Natuurlijk bewonderen we haar uitgebreid. Coördinator Daniel Kibago, die de vergadering voorzit, heeft geen haast. Hij weet dat de leden vier uur als richtlijn nemen en niet als een exact gegeven.

We worden hartelijk verwelkomd. Een geweldig weerzien. Na opening van de vergadering geeft Daniel Leo al snel het woord. Maandelijks krijgen we van Daniel Kibago een rapport over het wel en wee van het project Goat to Goat.

Leo geeft aan wat zijn indrukken zijn van de verschillende rapporten in het afgelopen jaar. Hij kijkt ook nog verder terug en refereert aan het project “Tents”. Het Lejofonds geeft aan geselecteerde gezinnen twee geiten en een bok uit. Daar kan men mee gaan fokken. Uiteindelijk doel is dat er geld verdiend wordt om het schoolgeld van de kinderen te kunnen betalen.

De leden gaven destijds aan dat het lang duurt voordat er geld verdiend wordt en kwamen met het voorstel tenten aan te schaffen om die te verhuren bij allerlei aangelegenheden, zoals huwelijk, jubilea, begrafenissen enz.

Dankzij het Lejofonds zijn tenten aangeschaft. Het project ging goed van start.
Uiteindelijk kwam er de klad in omdat in verkiezingstijd de regering, zoals dat vaker gaat, cadeautjes ging uitdelen. Tenten in dit geval. De markt was bedorven. De tenten zijn uiteindelijk verkocht.

Leo vraagt nu of er nog andere ideeën leven. Het wordt een levendige vergadering. Intussen blijven leden binnenkomen. We zien dat ze snel bijgepraat worden door de al aanwezige leden.

Rondom ons heen is het een aardige bedoening met spelende kinderen. Er komen vele voorstellen. Uiteindelijk blijft er na veel heen en weer gepraat 1 voorstel over: Het kweken van champignons. Men verwijst ons naar Mukono waar iemand er klaarblijkelijk al veel ervaring mee heeft opgebouwd. We zeggen een onderzoek toe.

Wat we ook aangeven is, dat we in de komende tijd iedere familie zullen bezoeken. Dan is er ook gelegenheid om met elkaar van gedachten te wisselen.

We weten dat de vergadering nog geruime tijd zal voortduren en dat de voertaal Lugandees is. De ervaring leert dat we er dan voor spek en bonen bijzitten. We piepen er dus even tussen uit. Een frisdrankje bij dit hete weer gaat er wel in.

Maar we vertrekken niet voordat we de loftrompet hebben afgestoken over mr. Livingstone. Hij heeft, als enige, alle maandelijkse vergaderingen in het afgelopen jaar bezocht.

Weer bij de weg aangekomen, zien we de tricycle van het Lejofonds voorbijkomen. Op weg naar Aunt Kevin om “green charcoal” af te leveren. En we zien ze nogmaals rijden als het vrachtje is afgeleverd.

3.3. Schoolreisje

Met behulp van het Lejofonds is in 2018 een doorgaande leeslijn op de Aunt Kevin nursery and primary school ingevoerd. Technisch lezen, begrijpend lezen en individueel lezen zijn nu de leesvormen in de verschillende klassen.

Voor de verschillende leesvormen heeft het Lejofonds de nodige boeken aangeschaft. Een ingewikkelde order voor uitgeverij Gustro omdat er geen dubbeling in titels mocht zitten in de boeken voor de verschillende leesvormen en ook niet met de boeken van het project My Book Buddy.

Dit jaar start Aunt Kevin met primary 7 en dat betekent dat er voor deze klas naast de leerboeken ook leesboeken moeten komen. En dat kan alleen maar met hulp van het Lejofonds.

We hebben al een order doorgegeven aan uitgeverij Gustro. Vandaag komen we de boeken halen.

Gerald, director of studies van Aunt Kevin gaat met ons mee. Hij komt vanuit Nkonkonjeru naar Mukono waar we hem oppikken om vervolgens door te gaan naar uitgeverij Gustro in Kampala.

Gerald is te laat. We moeten ruim een half uur op hem wachten. Gerald reist met de matatoo. Dat is een soort volkswagenbusje waar men een veertiental mensen in propt. In Nkonkonjeru is Gerald als eerste bij de matatoo. Een matatoo vertrekt niet op vaste tijden. Pas als een busje aardig bezet is, is het vertrek daar. Dat kan lang duren. En dat verklaart Geralds verlate komst.

Seeta is het volgende dorp waar we langs komen, op weg naar Kamapala. En daar raken we meteen al in de file. Coördinator Daniel neemt dan ook een andere weg om files te voorkomen.

Uitgeverij Gustro ligt aan de andere kant van Kampala en dat betekent dat je de stad moet door ploeteren, een aantal keren verstrikt rakend in het verkeer, waarbij je dan alle tijd hebt om de reclameborden te bestuderen. Mukono ligt op 20 km van Kampala. Het ritje naar de uitgeverij neemt ruim anderhalf uur in beslag.

Bij uitgeverij Gustro worden we hartelijk welkom geheten door Florence, de dochter van de eigenaar. Ze neemt meteen de leiding en neemt ons mee naar een tafel, waar men van alle titels 1 exemplaar heeft uitgestald, keurig gerangschikt naar de leesvormen individueel technisch en begrijpend lezen. We krijgen een lijst met alle titels erop. Men staat erop dat we checken of alle titels aanwezig zijn. We vinken vervolgens de titel op de lijst af. Daarna wordt van elke titel de bestelde hoeveelheid boeken opgehaald. We moeten de aantallen tellen en weer afvinken. Intussen komt de eigenaar even langs om een gezellig babbeltje te maken. We komen al verschillende jaren bij Gustro. Het Lejofonds is een goede klant. De order van vorig jaar is de grootste die ze ooit voor een school hebben gehad, zo horen we.

Toch is er volgens Gerald vorig jaar wat misgegaan met de order. Hij wil er graag nog eens over praten. Daartoe is men bereid, maar dan wil men eerst de stukken erbij halen. Dat vraagt minsten een uur.

Het is twee uur. Een uurtje wachten zien we niet zitten. De maag knort. We zoeken een nabijgelegen gelegenheid op om iets te eten. Vervolgens hebben we een verhelderend gesprek met de mensen van Gustro.

We kunnen weer richting Mukono gaan, de files trotserend.

Boeken ophalen bij de uitgever, het kost je een hele dag.

3.4. We bouwen aan een school

Op de eerste officiële schooldag bezoeken we de Kisimbizi nursery and primary school opnieuw om de voortgang van de bouw te bekijken.

Aan de kledingstukken op de muur van de waterpomp kunnen we zien dat de nabijgelegen boarding voor de meisjes in gebruik is.

Er zijn niet veel kinderen te bespeuren. Dat is niet ongebruikelijk. De instroom van kinderen op scholen in Oeganda gaat bij een nieuw schooljaar langzaam. Het kan wel enkele weken duren voordat het uiteindelijke aantal schoolgaande kinderen bereikt is.

Vaak zijn ouders nog hard bezig om het schoolgeld bij elkaar te sprokkelen.

Voor een overleg met de aannemer zoeken we een plekje in het lokaal van de kleuters.

Aan de tekst op het bord kunnen we opmaken dat het schooljaar begonnen is.
Maar van een verdere voorbereiding lijkt geen sprake.

In een hoek liggen nog bergen kleren van de bouwvakkers die tot het begin van het schooljaar in dit lokaal geslapen hebben. De muren zijn nog beplakt met half afgescheurde publicaties van het voorgaande schooljaar. De stoelen zitten onder het stof. De spinnenwebben staan op de ramen.

En dus gaan we verhaal halen bij directeur Spencer. We geven meteen aan dat we met het gehele team willen vergaderen om meteen duidelijk te maken hoe een aantal zaken behoren te verlopen.

De vergadering vindt een paar dagen later plaats onder schooltijd. De kinderen moeten zich buiten maar vermaken. We hebben het over regels en routines. We verhelderen zaken, soms door een toneelstukje op te voeren. We maken een aantal heldere afspraken met het team. Het gekke is dat men heel blij is met onze inbreng. Er volgen verschillende bedank speeches.

Directeur Spencer en headmaster David nodigen we uit om naar Mukono te komen voor een dagje vergaderen. We willen de hele schoolorganisatie doorlichten, de financiële huishouding bespreken en de administratie beoordelen op effectiviteit.

De bouw gaat inmiddels gewoon door. We blijven ons verbazen over de snelle voortgang.

Bij de keuken zit het dak er al op. De vorm van de nieuwe lokalen wordt steeds duidelijker zichtbaar. Het hout voor de daken ligt al klaar. De huidige woning van de headmaster zal gebruikt gaan worden als personeelsruimte en kantoor. De bouw van zijn nieuwe woning, direct naast de boarding van de jongens gaat in sneltreinvaart. Men is binnen al bezig met het stukadoorswerk. Vanaf de weg is de bouw zichtbaar. Regelmatig staan voorbijgangers even stil om de bouw te bewonderen. Directeur Spencer heeft vorig jaar van ons een Nederlandse vlag gekregen. Die hebben we gebruikt toen bij de bouw van het jongensinternaat het hoogste punt bereikt is.

De aannemer geeft aan dat Spencer alvast de vlag kan gaan zoeken. Over enkele dagen is het hoogste punt bereikt van de vier nieuwe klaslokalen.

Verbazingwekkend. We zijn dan nog geen drie weken onderweg.

Geef een reaktie